KOLONIALE WANDELING AMERSFOORT

De VOC, bestuurders en missie

Dat Amersfoort een nauwe band met ons koloniale verleden heeft, kwam stap voor stap te voorschijn tijdens deze wandeling. Zij voert in de binnenstad onder andere langs het ouderlijk huis van Van Oldenbarnevelt, een van de oprichters van de VOC. De eerste admiraal van de VOC-vloot die in 1603 uitvoer en ook de eerste gouverneur-generaal van Nederlands-Indië werden in deze stad geboren. Later vestigden zich hier de Zusters van Onze Lieve Vrouw van Amersfoort, die afdelingen van hun orde opzetten in Nederlands-Indië. Een van de laatste Nederlandse opperhoofden van het eiland Deshima (Japan) blijkt in deze stad zijn graf te hebben. En een burgemeester van Amersfoort werd eind negentiende eeuw benoemd als Gouverneur van Suriname. Op deze wandeling kom je ze allemaal tegen.

 

topo kaart wandeling amersfoort

Lengte wandeling:
14 km
Start- en eindpunt:
Station Amersfoort
Parkeerplaats:
Bij het station Van Asch van Wijck parkeergarage

Horeca:
diverse in de stad

Ook geschikt voor andere GPX apparaten

De route

  1. Sla als je station Amersfoort uitloopt linksaf, steek het stationsplein over en sla de Regentessenlaan in. Aan het einde van de laan linksaf slaan, de Bosch Kemperlaan in. Steek de Utrechtse weg over en loop de Steven van der Hagenlaan in.
  1. Aan het einde van de Steven van der Hagenlaan links af, het Da Costaplein oplopen, dat uitkomt op de Pieter Bothlaan. Hier rechtsaf slaan en op de rotonde rechtsaf de Vondellaan inlopen. Sla de eerste weg rechts in, de Bilderdijklaan. Rechtdoor bij het kruispunt , de koningin Sophialaan. Steek de koningin Wilhelminalaan over en nog twee andere straten tot je op het Thorbeckeplein bent.
  1. Op het Thorbeckeplein nummer 1 is het Johan van Oldenbarnevelt gymnasium gevestigd. Voor de school staat een borstbeeld van Van Oldenbarnevelt, gemaakt in 1910. Loop terug naar de Koningin Wilhelminalaan. Sla rechtsaf en loop door tot de rotonde. Neem de derde weg rechts, de Emmalaan, en meteen daarna weer de eerste weg rechts, de Anna Paulownalaan.
  1. Aan de Anna Paulownalaan 14 zie je links Villa Perloe (nodig, behoefte in het Indonesisch) liggen. Steek de Dillenburglaan over, sla rechtsaf de Nassaulaan in (vanaf hier volgen we de Groene Wissel nr. 457). Aan het eind van de Nassaulaan linksaf de Oranjelaan in lopen. Aan het einde van de Oranjelaan de drukke Utrechtseweg oversteken. We staan nu op de Amersfoortse Berg. Aan de overkant linksaf slaan en na het Bergpaviljoen (schenken een heerlijke cappuccino) rechtsaf. Links staat een oude watertoren en even verderop bij een kruising een infopaneel over park Klein Zwitserland.
  1. Loop rechtdoor over het grindpad. Op de kruising met een verhard pad rechtsaf, het Sint Maartenpad. Dit pad komt uit op het Sint Eustatiuspad. Hier linksaf slaan. Op de kruising rechtdoor het Sabapad In de linkerbocht rechtdoor, een smaller asfaltpad in met een wit/rood hek afscheiding. Aan het einde van het pad de verkeersweg oversteken en aan de overkant linksaf het Borneoplein oplopen. Rond rechts de rotonde. Aan het einde van de rotonde rechtdoor oversteken en de Pasteurstraat inlopen.
  1. Neem de eerste straat rechts, de Buijs Ballotstraat en loop vervolgens rechts de Einsteinstraat in. Bij een kruising met een rond perk met beukenhaag en links een parkeerplaats rechtdoor het bos (Nimmerdor) inlopen bij een rood/wit paaltje. Op de driesprong rechtsaf en op de volgende Y-splitsing links aanhouden. Bij de kruising rechtdoor. Op de viersprong rechtdoor fietspad oversteken en vervolgens linksaf brede laan inlopen, fietspad oversteken, door blijven lopen tot een omheining. Hier linksaf breed pad inslaan. Na de witte slagboom en een parkeerstrook rechtsaf de Zandbergenlaan inlopen (vanaf hier de geel/roodmarkering van het Utrechtpad volgen tot de oude stadsrand).
  1. Aan het einde van de Zandbergenlaan de grote verkeersweg, Arnhemseweg, oversteken. Aan de overkant rechtsaf en dan met een bocht naar rechts, linksaf het spoor oversteken en de Smaragdweg inlopen. Aan het eind rechtsaf de Diamantweg in en vervolgens linksaf de Saffierweg. Aan het eind linksaf de Dorresteinseweg. Langs de Kingmaschool lopen en na een flauwe linkerbocht op een geasfalteerd wandelpad rechtsaf. Blijf de geel/rode markering volgen van het Utrechtpad dat even verderop langs een beek voert. Steek de Gasthuislaan over, loop rechtdoor op het wandelpad links van de beek. Bij de Cornelis van Zwollaan het wandelpad rechtsaf inslaan. Loop de wandelbrug over en ga direct daarna linksaf. Je loopt nu aan de rechterkant van de beek met rechts het park.
  1. Op de kruising met de Bisschopsstraat, de Zwaanstraat inlopen. Na huisnummer 24 linksaf, het brugje over. Volg het asfaltpad aan de rechterkant van de beek. Aan het einde de drukke Stadsring oversteken. Sla rechtsaf en vervolgens linksaf, steek de beek over en weer links het pad naar de Monnikendam nemen. Zo heet de poort over de beek die je oversteekt. Loop over de Monnikendam en aan het eind rechts de Kleine Haag inlopen en weer rechts de Zuidsingel oplopen tot de Weeshuisgang. Hier rechtsaf slaan naar Muurhuizen 19. In het huis Bollenburgh heeft Johan van Oldenbarnevelt gewoond. Daar staat nu een standbeeld van keramiek van de jonge Van Oldenbarnevelt gemaakt door Ingrid Mol.
  1. Loop weer terug naar de Zuidsingel en sla linksaf. Loop langs het voormalige klooster van de zusters van Onze Lieve Vrouw van Amersfoort. Bij de Herenstraat linksaf de brug over, de Schoutensteeg. Aan het eind rechts en weer links de Nieuwstraat inlopen.
  1. Deze gaat over in Zevenhuizen en komt uit in het Hof waar de St. Joriskerk staat. De predikant Petrus Wassenburgius (1587-1655) was verbonden aan deze kerk. Dit plein oversteken en rechts de Lavendelstraat inlopen tot de gracht.
  1. Daar rechtsaf, Havik, en vervolgens links langs de Muurhuizen tot de Bloemdaelse Binnenpoort. Hier linksaf de brug over en vervolgens rechtsaf langs de Havik, de gracht is rechts van je. Loop door tot je links het huis Deshima ziet. Rechts aanhouden, de brug oversteken en dan zie je links Museum Flehite
  1. In Museum Flehite (op maandag gesloten) wordt aandacht besteed aan Van Oldenbarnevelt, mede oprichter van de VOC, Hij werd in 1547 geboren in Amersfoort en onthoofd in 1619 in Den Haag. Het beulszwaard dat in het museum te zien is, blijkt daarvoor echter niet gebruikt te zijn, toonde onderzoek van het Rijksmuseum aan. Dat beulszwaard ligt in een museum in Dresden. Verlaat het museum door de achteruitgang. Sla linksaf en loop vervolgens rechts een bruggetje over. Linksaf afslaan tot je rechts het Burgermeester Brouwersplantsoen voor het nieuwe stadhuis ziet. Loop daar naar toe.
  1. In het park bij de grote (kunst) stoelen, liggen een aantal grafzerken waaronder die van Jan Cock Blomhoff (1779- 1853) die van 1817 -1824 opperhoofd was van de Nederlandse factorij (handelspost) Deshima in Japan. Na zijn terugkomst liet hij het landgoed Birkhoven vlakbij Amersfoort aanleggen. Het bijbehorende landhuis dat hij liet bouwen is inmiddels gesloopt.
  1. Links het park uitlopen. Je loopt nu langs de drukke Stadsring. Bij de verkeerslichten rechts oversteken. Dat is de Van Asch van Wijckstraat. Deze straat loopt met een grote bocht links naar het station van Amersfoort. Hier eindigt deze koloniale erfgoed wandeling.

Museum Flehite: Van Oldenbarnevelt richt de VOC op


Steven van der Hagen (1563-1621)

Steven van der Hagen werd geboren in Amersfoort. Zijn vader woonde in Brugge en zijn moeder vertrok kort na zijn geboorte eveneens naar deze stad. Steven werd tot zijn tiende jaar opgevoed door zijn grootvader van moederskant. Het bestuur van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) in Nederland, de Heren XVII, benoemde Van der Hagen eind 1603 tot admiraal op de eerste vloot die zij uitzond naar Oost-Azië. Aan boord bevond zich ook Frederik de Houtman (1571-1622) (zie koloniale wandeling Gouda). Van der Hagen voer op 23 februari 1605 de baai binnen van Hitu, het noordelijk deel van het eiland Ambon. Met steun van de bevolking nam hij zonder slag of stoot het fort en de overige Portugese bezittingen op het eiland over. Het was het eerste territoriale bezit van de VOC in de Indonesische archipel. In 1614 werd Van der Hagen benoemd als lid van de Raad van Indië. Deze raad werd geleid door de gouverneur-generaal en samen vormden zij het centrale bestuur van het VOC-rijk in Azië. Van der Hagen diende onder de gouverneurs-generaal Gerard Reynst, Laurens Reael en vervolgens ook onder Jan Pieterszoon Coen. Hij was een van de weinigen die protesteerde tegen het harde beleid van de bewindhebbers van de VOC. De Heren XVII wilden koste wat kost een monopoliepositie bevechten op de levering van kruidnagelen. Desnoods moesten Aziatische schepen met geweld geweerd worden uit de kruidnagelgebieden. Van der Hagen meende dat de VOC er beter aan deed hen uit de markt te concurreren door de aanvoer te verruimen.. De Heren XVII hielden vast aan hun gewelddadige politiek. In 1618 vroeg Van der Hagen ontslag. Hij stierf in 1624 aan de pest en werd begraven in Utrecht.

 

Pieter Both

Gouverneur-generaal Pieter Both


Pieter Both (1568-1615)

Pieter Both, geboren in Amersfoort, was de eerste gouverneur-generaal van Nederlands-Indië. Hij werd in 1609 benoemd door de Heren XVII om de zaken overzee beter te organiseren. Hij moest een geschikte havenplaats zoeken die kon dienen als bestuurlijk en commercieel centrum van de VOC in Azië. Hij moest ook een Raad van Indië opzetten, waarmee hij samen leiding moest gaan geven aan de overzeese organisatie. Hij vertrok begin 1610 met zestig passagiers aan boord en arriveerde pas op 19 december 1610 op Java. Aanvankelijk was het de bedoeling om de Molukken als bestuurlijk centrum te kiezen. De Molukken konden echter niet voldoende rijst produceren voor de eigen bevolking en de VOC-dienaren. Daarom koos Both voor Jakatra op West-Java. Hij sloot daarvoor een verdrag met de vorst van Jakatra. Daarin werd onder meer vrije handel, de vestiging van een steunpunt en wederzijdse steun geregeld. Both kocht in 1612 een stuk grond van de vorst van Jakatra en liet daarop een stenen huis bouwen met een omheind erf. Op het eiland Onrust voor de kust van het vorstendom Jakatra kwam een scheepswerf waar schepen van de VOC werden opgelapt. VOC-dienaren die daar werkten, mochten tweemaal per jaar de oversteek naar Java maken Zo werd Both een van de grondleggers van de stad Batavia (nu Jakarta). Lang is Both geen gouverneur-generaal geweest. Na stevige kritiek op zijn handel en wandel moest hij in 1614 het gezag overdragen aan Reynst. Hij vertrok begin januari 1615 aan boord van het schip Banda van de rede van Bantam. De vloot telde nog drie andere schepen. Samen hadden zij een lading van 4,5 miljoen gulden in hun ruimen. Both zou Amsterdam echter niet meer terugzien. De Banda werd op 6 maart 1615 voor de kust van Mauritius getroffen door een zeer zware storm en zonk. Ook twee andere schepen vergingen. Both bereikte zwemmend de kust, maar stierf alsnog van uitputting. De op één na hoogste top van het eiland Mauritius heet nog steeds de Pieter Bothberg.
 

 

Borstbeeld Johan van Oldenbarnevelt


Johan van Oldenbarnevelt (1547-1619)

Johan van Oldenbarnevelt werd in 1547 in Amersfoort geboren en onthoofd op 13 mei 1619 in Den Haag. Hij was een van de machtigste politici van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. In 1586, tijdens de Tachtigjarige oorlog, werd hij benoemd tot landsadvocaat en raadspensionaris van Holland. Hij was de machtigste man van het invloedrijkste gewest. Van Oldenbarnevelt was een van de oprichters van de Verenigde Oost- Indische Compagnie (VOC) in 1602. Tot 1602 hadden groepen handelaren verschillende expedities naar Azië uitgerust om Spanje en Portugal te kunnen beconcurreren. Op initiatief van Van Oldenbarnevelt verenigden alle particuliere ondernemingen die handel dreven op het Verre Oosten zich in de VOC. De VOC kreeg van de Staten-Generaal het alleenrecht om te handelen op Azië. Zij mocht ook in naam van de Republiek contracten sluiten en oorlog voeren met Aziatische vorsten. De leiding van de VOC in de Republiek was in handen van de Heren XVII. De VOC ontwikkelde zich tot een succesvolle commerciële onderneming, maar om haar doel te bereiken trad zij geregeld ook zeer gewelddadig op. Onder de politieke leiding van Van Oldenbarnevelt en de militaire leiding van stadhouder Maurits ging het de jonge Republiek politiek en economisch voor de wind. Met Maurits raakte Van Oldenbarnevelt later in conflict over politieke, militaire en religieuze zaken. Het leidde uiteindelijk tot de arrestatie van Van Oldenbarnevelt. Hij werd beschuldigd van hoogverraad. Na een showproces werd de 72- jarige politicus in 1619 op het Binnenhof in Den Haag onthoofd.

Villa Perloe

 


Villa Perloe

Het Villapark Bergkwartier is vanaf 1900 aangelegd. In dit beroemde stadsdeel zijn veel prachtige villa’s gebouwd in de stijl van de Amsterdamse school. Hier vestigden zich vooral welgestelde families uit de grote steden die op zoek waren naar gezonde buitenlucht. Er werd flink reclame gemaakt voor dit villapark. In het boekje Dit is Amersfoort uit 1915 wordt het Bergkwartier aangeprezen. Het boekje werd onder anderen verspreid op de schepen die vertrokken uit Nederlands-Indië. Er stonden schitterende foto’s in van villa’s met balkons en serres, zoals Villa Perloe. En, zo beloofde het boekje: het gebied is malariavrij. Voor mensen uit Nederlands-Indië, waar malaria veelvuldig voor kwam, was het belangrijk te weten dat er geen malaria heerste. In de kustprovincies van Nederland bijvoorbeeld, kwam in die tijd nog wel malaria voor. De naam Perloe (Indonesisch voor behoefte) laat zien dat de marketing heeft gewerkt, want in deze villa heeft ongetwijfeld een familie uit Nederlands-Indië gewoond. Niet onvermeld mag blijven dat de foto’s in het boekje Dit is Amersfoort gemaakt zijn door de beroemde fotograaf Cas Oorthuys.

De Bovenwindse eilanden

 


Sint Maarten, Sint Eustatius, Saba

In 2001 besloot de Amersfoortse gemeenteraad om drie paden op de Berg-Zuid te vernoemen naar de drie kleine Bovenwindse Caribische eilanden die nog steeds deel uitmaken van het Koninkrijk der Nederlanden: Sint-Maarten, Sint-Eustatius en Saba. Deze drie eilanden, west van Puerto Rico gelegen, kwamen in de eerste helft van de zeventiende eeuw in Nederlandse handen. Zij waren belangrijk voor de kaapvaart, slavenhandel en smokkelhandel in de zeventiende en achttiende eeuw. Vooral Sint-Eustatius deed als ‘neutrale’ haven heel goede zaken tijdens de Amerikaanse vrijheidsoorlog (1775-1783). De hulp aan de Amerikanen kwam het eiland duur te staan. De Britten verwoesten Sint-Eustatius in de vierde Engelse oorlog (1780-1784). In de negentiende eeuw waren deze koloniën voor Nederland louter lastposten, waarin niet werd geïnvesteerd. Zij dienden vooral om Nederlands prestige als koloniale mogendheid hoog te houden. Opstanden van tot slaafgemaakten kon Nederland alleen om die reden niet over zijn kant laten gaan. In 1848 werd een opstand op Sint-Maarten neergeslagen ten koste van 4 tot 12 doden en 6 gewonden. Pas in 1863 werd de slavernij op de eilanden afgeschaft.

 


Bollenburgh

Op Muurhuizen 19 staat het huis Bollenburgh. Dit huis is vooral bekend geworden als het ouderlijk huis van de staatsman Johan van Oldenbarnevelt (1547-1619). Het pand dateert uit ca. 1400 en is een van de oudste en gaafste muurhuizen van de stad Amersfoort. Het huis maakt nog altijd een sterk middeleeuwse indruk. Zo zijn de kapconstructie, balklagen met sleutelstukken, kaars-nissen, muurschilderingen van heiligen en keldergewelven behouden gebleven. Zeer bijzonder is een muurschildering van het Laatste Oordeel. Bollenburgh heeft ook een tijd als herberg gefunctioneerd. Uit die tijd dateert de naam Bollenburgh. Uit de recente geschiedenis resteert een onderduikruimte uit de Tweede Wereldoorlog.

Ingang klooster Onze Lieve Vrouw van Amersfoort

 


Onze Lieve Vrouw van Amersfoort

De congregatie van de Zusters van Onze Lieve Vrouw van Amersfoort werd in 1822 gesticht in Amersfoort door de pastoor van Culemborg, Mathias Wolff sj (1779-1857). Het is de oudste nonnencongregatie die is opgericht in het gebied ten noorden van de grote rivieren. De zusters vestigden zich in eerste instantie in de Muurhuizen van Amersfoort. Midden negentiende eeuw kocht de congregatie Huis Cohen, het huis met de paarse ruiten, aan de Zuidsingel 38. Dit monumentale pand werd in 1780 gebouwd in opdracht van de Amersfoortse bankier en tabakshandelaar Benjamin Cohen. De zusters gebruikten het gebouw als klooster. Ook brachten zij er een meisjeskostschool in onder. Kardinaal De Jong (1885-1955) sleet in dit klooster zijn laatste jaren. Zijn wapen is afgebeeld boven de ingang van het klooster. In 1926 vertrokken de eerste zusters uit Amersfoort naar de missie op Oost-Java. Daar werkten zij onder de Karmelieten in Probolinggo. Rond 1960 speelden zij op Java nog steeds een rol in het onderwijs aan meisjes.

Ambon en omringende eilanden

 


Petrus Wassenburgius (1587-1655)

Petrus Wassenburgius (1587-1655) was in de 17de eeuw predikant in Amersfoort en waarschijnlijk verbonden aan de St. Joriskerk. Helemaal zeker is dat niet. Wat wel bekend is, is dat in 1621 bij hem vier Ambonese jongelingen werden ondergebracht om hen op te voeden in de ware christelijke leer. De jongelingen waren door Herman van Speult (??-1626), destijds luitenant-gouverneur op Ambon, uitgezocht om op kosten van de VOC theologisch geschoold te worden zodat zij de christelijke religie verder konden verspreiden in de landen van Amboina en Ternate. Van Speult zette zich niet alleen in voor de verspreiding van de ware christelijke religie. Hij organiseerde de eerste hongi tocht tegen Houmoal. Dat was een inspectietocht uitgevoerd met een hongi, een oorlogsvloot van inheemse vaartuigen. Deze tochten liepen vaak uit op een strafexpeditie omdat het verbouwen van kruidnagelen en nootmuskaat door de bevolking zelf verboden was.. De Ambonese jongelingen die door zijn toedoen in Amersfoort belandden, waren: Marcus de Roy, zoon van de ‘koning’ van Kielang, Andrea de Castro, zoon van de ‘koning’ van Soya, Laurens de Fretis uit Hative en Laurens Queljo uit Halong. Laatstgenoemde zou zijn vaderland niet meer terug zien. Hij overleed tijdens zijn opleiding in Amersfoort. De drie anderen keerden in 1630 terug naar Ambon. Zij toonden ‘gans geen yver tot de christelijke religie’. Daarom werden ze door de VOC benoemd als adelborst appointé met een salaris van 20 gulden per maand.

Huis Deshima

 


Deshima

De naam Deshima verwijst naar het kunstmatige eilandje Deshima vlakbij de haven van Nagasaki in Japan. Op het eilandje was vanaf 1641 tot en met 1859 een Nederlandse handelspost gevestigd. De VOC kreeg van de Japanse heersers het alleenrecht om handel te drijven met Japan. Op de handelspost leefden Nederlandse kooplieden geheel afgezonderd van de Japanse samenleving. Het was hun verboden van het eiland af te gaan. Deshima telde ongeveer 13.000 vierkante meter, wat in oppervlakte ongeveer gelijk is aan de Dam in Amsterdam. Het eiland werd omringd door een houten muur met ijzeren punten. De brug die het eiland met het vaste land van Japan verbond, werd dag en nacht bewaakt door de Japanners. Op Deshima stonden de VOC-pakhuizen en de kantoren van Japanse ambtenaren en tolken. Er woonden hooguit 20 Nederlanders op het eiland. Zij leefden te midden van tientallen Japanse wachters, 36 penningmeesters, 15 koelie-opzichters, 24 huisbazen, 17 commissarissen, een aantal secretarissen en meer dan 150 tolken. Al deze ambtenaren moest de VOC uit eigen zak betalen wat haar een kleine 16.000 gulden per jaar kostte. Ondanks de hoge kosten was de handel met Japan zeer lucratief.

Grafsteen Jan Cock Blomhoff

 


Jan Cock Blomhoff (1779-1853)

Jan Cock Blomhoff werd geboren in Amsterdam in 1779 en overleed in Amersfoort in 1853. Van 1809 tot 1813 was hij pakhuismeester van de Nederlandse handelspost op het eilandje Deshima. Daarna raakte hij betrokken bij onderhandelingen met de Britten over de toekomst van Deshima. De BRitten zetten hem echter gevangen en lieten hem pas in 1815 gaan. Koning Willem I benoemde Cock Blomhoff toen direct tot hoofd van de Nederlandse handelspost op Deshima. Het duurde nog tot augustus 1816 voor hij samen met zijn vrouw Titia Bergsma, zijn pas geboren zoon Johannes en het kindermeisje Petronella Munts van Texel vertrok naar Deshima.  De uitzending van een dergelijk gezelschap was uitzonderlijk, want er werden geen westerse vrouwen in Japan toegelaten. De gouverneur van Nagasaki verleende de dames wel toestemming om aan wal te gaan, maar de shogun weigerde een verblijfsvergunning te verlenen. Dat betekende dat Titia, Johannes en Petronella terug moesten. Op 4 december 1817 bracht Jan Cock Blomhoff hen naar het schip, dat hen terugbracht naar Nederland. Hij heeft Titia nooit meer terugzien, want ze stierf in 1821. Cock Blomhoff bleef zes jaar lang opperhoofd op Deshima. Eén van de zaken waardoor hij ook in onze tijd nog bekend is, is de hofreis die hij in 1818 maakte. De hofreis was een ceremoniële verplichting. Eens in de vier jaar moest het Nederlandse hoofd, vergezeld van een groot gevolg en beladen met geschenken, naar Edo reizen, om daar aan het hof van de shogun zijn opwachting te maken. Zo’n hofreis was een gigantische onderneming. De tocht van ca. 1500 km werd gedeeltelijk per boot en gedeeltelijk te voet in draagstoelen afgelegd en kon maanden duren In totaal namen er wel honderd man aan deel. Van de hofreis van 1818 heeft Cock Blomhoff een verslag bijgehouden dat is gepubliceerd.

Gouverneur Titus van Asch van Wijck

 


Titus van Asch van Wijck (1849-1902)

Jhr.mr. Titus Anthony Jacob van Asch van Wijck (1849-1902) is geboren in Utrecht. In 1883 werd hij benoemd tot burgemeester van Amersfoort. Na acht jaar volgde in 1891 zijn benoeming tot Gouverneur van Suriname. Suriname was sinds 1667 een Nederlandse kolonie. Op de plantages werden tropische producten verbouwd voor de Europese markt zoals suiker en koffie. Het werk werd verzet door slaafgemaakte Afrikanen. Toen Nederland in 1863 de slavernij afschafte, waren de vroegere slaven verplicht toch nog tien jaar op de plantages te blijven werken. Vanaf 1873 voerde de koloniale regering duizenden contractarbeiders uit Brits-Indië aan om hen op de plantages te vervangen (zie ook koloniale wandeling Hattem). Toen Van Asch aantrad als gouverneur stond Suriname er economisch en bestuurlijk slecht voor. Van Asch zag wel economische mogelijkheden. Maar tot zijn frustratie kreeg hij hiervoor uit Den Haag niet de nodige financiële steun. Ook weigerde de Nederlandse regering om Javaanse contractarbeiders naar Suriname te sturen. Dat achtte Van Asch broodnodig om de plantagelandbouw te redden. De meningsverschillen liepen zo hoog op dat Van Asch zijn ontslag indiende. Dat de Nederlandse Regering zonder argumenten grote financiële bijdragen schrapte, die de gouverneur nodig achtte voor de ontwikkeling van Suriname, was niet ongewoon. Dat een gouverneur daarin een reden zag om zijn ontslag aan te bieden was een novum in de geschiedenis van Suriname. Koningin-Regentes Emma weigerde het gevraagde ontslag. Van Asch wilde echter alleen aanblijven als hij zelf in Nederland de noden en behoeften van Suriname mocht komen bepleiten. Dat werd hem vergund en na zijn terugkeer in Suriname leek het de goede kant op te gaan. Maar in december 1895 bleek dat de Nederlandse regering weer tal van posten op de Surinaamse begroting had geschrapt. Van Asch vroeg opnieuw ontslag. Dit maal liet de regering hem gaan. Terug in Nederland vervulde Van Asch nog een tweede ambtstermijn als burgemeester van Amersfoort, van januari 1900 tot augustus 1901. Daarna was hij tot september 1902 minister van Koloniën in het kabinet-Kuyper. Bij de aanvaarding van die post was hij al ziek. Hij stierf in Den Haag op 9 september 1902.

Bronnen
De hofreis naar de shogun van Japan. Een persoonlijk verslag van Jan Cock Blomhoff https://nl.wikipedia.org › wiki › Steven_van_der_Hagen
https://brill.com>view>journals>bki>article
IJzerman, J.W., Aanteekeningen betreffende Steven van der Hagen, in: Bijdragen tot de Taal-,Land- en Volkenkunde (83) 473-480
https://nl.wikipedia.org › wiki › Pieter_Both
https://www.vocsite.nl/geschiedenis/personalia/both.html
Jan Cock Blomhoff https://nl.wikipedia.org › wiki › Jan_Cock_Blomhoff
https://nl.wikipedia.org/wiki/Johan_van_Oldenbarnevelt
https://www.vvvamersfoort.nl/nl/cultuur/johan-van-oldenbarnevelt
Rietbergen, P.J.A.N., 1987, De eerste landvoogd Pieter Both (1568-1615): Gouverneur-generaal van Nederlands-Indië (1609-1614), twee delen
Stapel, F.W., Gouverneurs-generaal van Nederlandsch-Indië ,(Den Haag 1941)
Poeze, H.e.a, In het land van de overheerser, deel I, Indonesiërs in Nederland 1600-1950 (Dordrecht-Holland/Cinnaminson-U.S.A. 1986)
De VOC handelspost Deshima https://tokyo.nl/japan/nagasaki/deshima/
www.zusters-olvamersfoort.nl › Oorsprong
https://www.tijdbalk-amersfoort.nl › index.php › Benjamin_Cohen_
Jhr. Mr. Titus Anthony Jacob van Asch van Wijck … – dbnl
https://www.dbnl.org › _sur001190401_01 › _sur001190401_01_0004
Reiziger, J.A.H., T.A.J. van Asch van Wijck, in: Surinaamsche Almanak voor het Jaar 1904 p. 10 -27
www.de VOCsite.nl
Gerrit Knaap en Henk den Heijer, Oorlogen Overzee.
Hans Buddingh’ De geschiedenis van Suriname, (Amsterdam 2012)
Anita van Dissel en Petra Groen, In de West. De Nederlandse krijgsmacht in het Caribisch gebied, (Franeker 2010)
Dick Rozing, Amersfoort- Een indische buurt op de Berg, www.Indischebuurten.nl